DEN HELDER - De geschiedenis van Den Helder gaat vele eeuwen terug. Gerard Alders is als archeoloog betrokken geweest bij onderzoek en opgravingen in De Schooten. Dinsdagavond 21 mei vertelt hij in School 7 over de archeologie van de Noordkop en het Torp. De lezing wordt georganiseerd in samenwerking met de Helderse Historische Vereniging.

Sinds mensenheugenis lag ten zuidoosten van Den Helder een verhoging in de weilanden van polder Het Koegras. Op oude kaarten stond dit aangegeven als Torp of ’t Dorp. Op een kaart uit 1563 tekende Christiaan Sgrooten daar een kerk met een toren. Op latere kaarten werd op die plek een enkel huisje getekend. Daarna bleef in het landschap kennelijk alleen nog een heuvel over.

Slechts een enkeling vermoedde dat er met die heuvel meer aan de hand kon zijn. Pas toen door de aanleg van de nieuwe stadswijk De Schooten deze heuvel geheel van de kaart dreigde te verdwijnen, kregen de verzoeken om onderzoek gehoor. In de jaren 60 zijn diverse proefopgravingen uitgevoerd, maar daar is vrij weinig over gepubliceerd. Bij graafwerkzaamheden in 1997, toen de woningen aan de Statenhoff werden gebouwd, kwamen er menselijke beenderen tevoorschijn. De gemeente wist toen niets beter te doen dan te zorgen voor een snelle herbegrafenis op de begraafplaats in Huisduinen. Dat nieuws lekte echter uit en bereikte de pers. De skeletvondsten bleken overigens niet van belang voor het archeologisch onderzoek.

Uit de onderzoeken uit de jaren 60 en 1997 bleek dat het om een omvangrijke terp gaat, met een oppervlakte van ongeveer 9 hectare en een hoogte variërend van 2,60 tot 2,80 meter boven NAP. Uit belangrijke aardewerkvondsten werd geconcludeerd dat de ‘nabij Den Helder opgegraven nederzetting Torp' al vanaf de Merovingische tijd bestond, ofwel van de vijfde tot de achtste eeuw.

Archeologielezing in School 7, Keizersgracht 94 in Den Helder op dinsdag 21 mei aanvang 19.30 uur, toegang € 4,50 inclusief koffie/thee. Aanmelden via www.kopgroepbibliotheken.nl of aan de balie.